Met het voorjaar voor de deur is het interessant om te zien hoe Frankrijk dit verwerkt in zijn spreekwoorden.

Een bekend gezegde bij ons luidt: “Maartse buien die beduien, dat de zomer aan komt kruien”
In Frankrijk maakt men daarvan: “En mars les giboulées sont la bataille que le printemps finit toujours par gagner.” (De stortbuien in maart zijn het gevecht dat de lente tenslotte zal winnen.)

Minder bekend misschien: Wil maart reeds donder, dan is sneeuw in mei geen wonder.
In Frankrijk: “Si mars se transforme en été, avril prend ses habits fourrés.” (Als maart verandert in zomer, dan trekt april zijn warm gevoerde kleding aan.)

Of deze: Maart roert zijn staart.
In Frankrijk:“Si mars débute en courroux, il finira tout doux.”  (Als maart boos begint, eindigt hij heel zacht.)
En deze:“Soit au début, soit à la fin, mars nous montre son venin.”(Ofwel aan het begin, of aan het eind, maart toont ons zijn venijn.)

En als dan eindelijk de lente aanbreekt, zeggen we:
Eind goed, al goed!
“Tout est bien qui finit bien!”